De WHO-code heet voluit de ‘Internationale Gedragscode voor het op de markt brengen van vervangingsmiddelen voor moedermelk’. Deze gedragscode van de World Health Organisation (WHO) heeft als doel dat ouders zelf een keuze moeten kunnen maken voor de voeding van hun kind, zonder beïnvloeding van commerciële partijen. De WHO-code is uitgebreider dan de Nederlandse Warenwet of de Europese wet- en regelgeving.

De Code is van toepassing op de marketing, alsook op de daarmee samenhangende activiteiten, van de volgende producten:

  • Vervangingsmiddelen voor moedermelk, waaronder kunstmatige zuigelingenvoeding;
  • Andere melkproducten, voedingsmiddelen en dranken die bedoeld zijn voor gedeeltelijke of volledige vervanging van moedermelk;
  • Flessen en Spenen.

De WHO-code wil:

  • Borstvoeding beschermen en bevorderen;
  • Dat ouders de juiste en voldoende voorlichting krijgen;
  • Dat vervangingsmiddelen voor moedermelk – wanneer nodig – juist worden gebruikt;
  • Dat richtlijnen voor de verkoop van en reclame voor babyvoeding worden nageleefd.

Als lactatiekundige IBCLC houd ik mij aan de WHO regels.